The market (Pazar)

Mihram, een sjacherende handelaar in zo ongeveer alles wat zwart te verkopen valt, is zo gewend om te onderhandelen dat hij het zelfs met God op een akkoordje probeert te gooien. Ziet hij een bankbiljet op straat liggen, dan bidt hij vurig dat het er een van twintig miljoen lire is – ongeveer $ 20 in 1994, het jaar waarin ‘The market’ zich afspeelt. ‘En is het er een van vijftig miljoen, dan stop ik met drinken’. Mihram verkoopt per abuis een antennekabel aan de man bij wie diezelfde kabel onlangs gestolen werd; thuis probeert hij discussies over zijn slechte zaken te omzeilen met speelgoed voor dochterlief.

Dan krijgt hij een opdracht van een wanhopige ziekenhuisdirecteur om over de grens medicijnen te kopen die bitterhard nodig zijn voor de patiënten en geeft hem een voorschot, dat zo hoog is om Mihram in staat te stellen, zijn vurig begeerde GSD-winkel te kunnen beginnen. Zo begint Mihram een spel van de kleine vis in een zee vol roofdieren, waar hij ook de maffia tegenkomt. Hoe zal zijn gok uitpakken?

Hoewel het in de film over morele dilemma’s lijkt te gaan, is er veel humor en wordt Mihram ook neergezet als een huisvader die vooral ook zijn gezin wil onderhouden. De film geeft een mooi portret van de mens Mihram en kan beschouwd worden als een warmbloedig tragikomisch pareltje.

De film werd bekroond op de filmfestivals van Locarno (beste acteur) en Gent (beste film).